Volgens de laatste cijfers van het COA wonen 3.150 kinderen in noodopvanglocaties, onder wie 1.208 alleenreizende kinderen. Daarnaast wordt geschat dat er in de crisisnoodopvang (CNO) rond de duizend kinderen verblijven.
Niet eerder sloegen vier inspecties – de Inspectie Justitie en Veiligheid, de Inspectie Gezondheidzorg en Jeugd, de Inspectie van het Onderwijs en de Nederlandse Arbeidsinspectie – gezamenlijk alarm: de veiligheid en ontwikkeling van kinderen in de asielopvang is – nog steeds – in gevaar. Dit rapport bevestigt ons beeld dat de kwaliteit van de opvang dramatisch is en op vlakken verder verslechtert. De inspecties wijzen erop dat kinderen in CNO-locaties geen privacy hebben, niet (snel genoeg) naar school gaan en er onvoldoende oog is voor de gezondheid van kinderen. Ook is het verwerpelijk en verwijtbaar dat ruim een jaar nadat het Rijk heeft aangegeven ‘tijdelijk’ de gebruikelijke kwaliteitsnomen los te laten, nog altijd niet duidelijk is op welke manier en door wie op deze locaties toezicht moet worden gehouden.
De huidige situatie vraagt om structurele en menswaardige oplossingen. Kinderen moeten met voorrang uit de CNO-locaties naar vaste, reguliere opvang worden verplaatst. Op deze manier krijgen ze meer rust, kunnen ze adequate zorg ontvangen, naar dezelfde school gaan en kleinschaliger worden opgevangen. In de Kamerbrief van 28 april jl. benadrukt de Staatssecretaris dat gemeenten aangeven dat kleinschaligere locaties eenvoudiger te realiseren zijn dan grootschaligere locaties. Alhoewel er “geen wettelijke beperkingen” zijn voor kleinschalige opvang, is het volgens de Staatssecretaris noodzakelijk “een kader te hebben waaraan kleinere opvanglocaties moeten voldoen en afspraken te maken over de financiering van kleinschalige opvang” (p.8). Dat een dergelijk kader ontbreekt is opmerkelijk gezien het feit dat kleinschaligere opvang al sinds de Uitvoeringsagenda Flexibilisering Asielketen (2020) een van de ambities van het kabinet is.
Het is zaak dat op korte termijn weer de reguliere kwaliteitsstandaarden gaan gelden. Dit is in lijn met de oproep van de Inspecties én de uitspraak van het Gerechtshof vorig jaar, die oordeelde dat kwetsbare asielzoekers niet in CNO-locaties moeten worden geplaatst tenzij daar aan hun specifieke behoeften kan worden voldaan. Dat is duidelijk niet het geval. Om te voorkomen dat bestaande normen in de toekomst wederom worden losgelaten, is het daarnaast van groot belang dat de kwaliteitsnormen voor fysieke, sociale en mentale veiligheid voor kinderen – vastgelegd in het VN-Kinderrechtenverdrag en weerspiegeld in onze aanbevelingen voor kindvriendelijke en veilige asielopvang – stevig in de spreidingswet worden verankerd. Dit was ook de oproep van de Raad van State afgelopen februari.
Wij vragen/adviseren: Welke maatregelen gaat de Staatssecretaris nemen om in lijn met de oproep van de Inspecties zo snel mogelijk weer te voldoen aan de geldende kwaliteitsnormen voor de opvang van kinderen? Wanneer maakt de Staatssecretaris duidelijk wie verantwoordelijk is voor het toezicht op de kwaliteit van de voorzieningen in CNO-locaties? Wanneer komt er een duidelijk kader – inclusief afspraken over financiering – voor kleinere opvanglocaties en hoeveel kleinschalige opvanglocaties wil de Staatssecretaris de komende maanden realiseren? |
Waar zijn de kinderen?
Niet alleen is het niet duidelijk wie er verantwoordelijk is voor het toezicht op kinderen in de CNO-locaties, ook is er geen overzicht van hoeveel kinderen er überhaupt in deze locaties verblijven. In het vorige commissiedebat Vreemdelingen- en asielbeleid van 30 maart jl. gaf de Staatssecretaris aan dat het om 1.028 kinderen zou gaan, maar kon hij niet aangeven op welke locaties deze kinderen verblijven, of zij onderwijs en zorg krijgen en op welke manier deze kinderen worden geregistreerd. Deze maand heeft de Staatssecretaris aangegeven met een brief te komen met antwoorden.
Ook is er nog geen adequaat antwoord gekomen van de Minister voor Primair- en Voortgezet Onderwijs op een aangenomen motie van Van Baarle en Westerveld (1 februari 2023), die de regering verzoekt om met spoed de aantallen leerplichtige kinderen in de asielopvang die onderwijs mislopen in beeld te brengen. LOWAN heeft in elk geval aangegeven dat er op dit moment voor zeker twee duizend nieuwkomers geen plek is in zogenaamde Internationale Schakelklassen (ISK’s).
Wij vragen/adviseren: Kom z.s.m. met een landelijk registratiepunt waarin wordt bijgehouden hoeveel kinderen in CNO-locaties verblijven. Zorg ervoor dat er in samenwerking met het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Welzijn (OCW) een registratiesysteem komt waarin te zien is of een kind onderwijs volgt. |
Het recht op adequate zorg
De toegang tot medische en psychische zorg op opvanglocaties schiet tekort, waardoor kinderen niet de zorg krijgen waar zij behoefte aan hebben. Al eerder sloeg de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie, en recent voor een tweede keer de Inspectie voor Gezondheidszorg en Jeugd, alarm over de toegang tot en continuïteit van medische en psychische zorg aan asielzoekers. Zo benadrukt de Inspectie dat een medische intake en screening op tuberculose (tbc) ontbreekt vóór plaatsing in CNO-locaties, en dat door hierdoor bijvoorbeeld diabetespatiënten langer op hulp moeten wachten en mensen infectiezieken makkelijker kunnen overbrengen. De jeugdgezondheidszorg ziet daarnaast veel kinderen niet, waardoor ze geen vaccinaties krijgen tegen de bof, mazelen, rodehond, difterie, kinkhoest, tetanus en polio. Niet alleen risicovol voor kinderen, maar ook voor de volksgezondheid in zijn geheel. En tot slot geeft de Inspectie aan dat als een andere partij dan GezondheidsZorg Asielzoekers (GZA) wordt ingeschakeld, er geen elektronisch patiëntendossier wordt overgedragen. Hierdoor ontbreken vaak de medische dossiers van kinderen die zorg behoeven.
Wij vragen/adviseren: Welke maatregelen gaat de Staatssecretaris nemen om de medische intake en tbc-screening weer op de dag na aankomst te laten plaatsvinden? Op welke termijn wordt er voor gezorgd dat alle kinderen door de jeugdgezondheidszorg worden gezien en de juiste vaccinaties krijgen? |
Aangenomen moties
Veel oplossingsrichtingen om de situatie van kinderen in de opvang te verbeteren zijn in het verleden al aangedragen door de Kamer in aangenomen moties. Wij adviseren de Staatssecretaris en het kabinet te vragen naar de uitvoering van o.a. de volgende moties:
- Motie Koekkoek cs. over een voorrangspositie voor kinderen bij overplaatsing naar kleinschalige asielopvang (10-05-2022)
- Motie Piri cs. over een concreet plan voor de middellange termijn uitwerken voor het beperken van het aantal verhuizingen als onderdeel van de integrale aanpak (07-07-2023)
- Motie Piri en Kröger over voor elke opvanglocatie een speciaal aangewezen contactpersoon kind aanstellen (14-11-2022)
Motie Van Baarle en Westerveld over een beeld krijgen van de aantallen leerplichtige vluchtelingen en vluchtelingenkinderen die onderwijs mislopen (01-02-2023)